De familie Slomp en haar geschiedenis

80 jarige oorlog

 

De 80 jarige oorlog is een zwarte bladzijde in de Drentse geschiedenis. Het eind van de vervening zal de tweede worden.

Ruinerwold behoorde voor de 80-jarige oorlog tot het Spaanse gebied waaraan Drenthe en ook het naast gelegen Uelsen deel uitmaakte. Graafschap Lingen werd nog tot de dood van stadhouder Willem III in 1702, tot Nederland gerekend. De Oranjes hebben ook Uelsen en Lingen kunnen onderwerpen aan hun gezag. De kerk in Lingen is na de 80-jarige oorlog tot 1702 nog een twaalf keer van geloof gewisseld. Na Napoleon zijn graafschap Bentheim waarin Uelsen is gelegen, en graafschap Lingen definitief tot Pruisen gaan behoren en Drenthe mag pas sinds Napoleon volwaardig meedoen met Nederland.

De katholieke kerk had voor de 80-jarige oorlog veel invloed. De katholieke kerk was het enige grote georganiseerde instituut met verder strekkende macht dan alleen het regionale. Men betaalde “belasting” aan de heer. De heren werden aangesteld vanuit de kerk. Later werden die verworven posities van belasting mogen heffen erfelijk. Uit die groep van “heren” zijn de edelen ontstaan. De edelen gingen uiteindelijk kastelen bouwen als in Coevorden en te Ruinen. Daarnaast kende men de versterkte boerderijen de Havezathes, met hun eigen rechten en privileges op provinciaal gebied, de landschap Drenthe. De havezathes zijn tot de ridderstand gaan behoren. De edelen in z´n algemeenheid kregen meer en meer macht en wilden in toenemende mate de macht naar zichzelf trekken en houden. De kerk zag zijn invloed noodgedwongen verminderen. De belangenverschillen tussen edelen en de kerk werden zo groot dat dit de 80-jarige oorlog, veroorzaakte. Weliswaar speelde godsdienst daarin ook een rol, hoewel geldelijke belangen de hoofdrol hebben gespeeld.
Daarnaast was er een recessie aan de gang in de zuidelijke Nederlanden vanwege de opkomst van de nieuwe wereld. Door de goudwinning in Amerika was de inflatie in de buurt van Antwerpen hoog en werd zodoende de opstand van de Belgen gedragen en ook aangejaagd vanuit de Belgische bevolking.

De Nederlanden (Nederland, België en delen van Duitsland) waren Spaans grondgebied en werden bestuurd vanuit Brussel. De edelen vonden het maar lastig elke keer rekening en verantwoording aan Brussel te moeten afleggen, ze waren zelf liever baas. Deze houding maakte dat Spanje ingreep en een aantal edelen als bijvoorbeeld Van Egmond, Van Beuningen en nog een paar werden onthoofd in Brussel. Behalve die paar onthoofdingen vonden de excessen van de beruchte Spaanse inquisitie hier niet plaats. De katholieke prins Willem van Oranje kon ontsnappen, vluchtte en zijn bezittingen werden hem ontnomen. Het was indertijd heel normaal dat je opdraaide voor de kosten die jouw “bevrijder” had gemaakt om orde op zaken te stellen. Omdat de Spanjaarden de bevolking had “bevrijd” van onder andere de edelen als Van Egmond, Van Beuningen en Prins Willem van Oranje moest de plaatselijke bevolking veel herstel betalingen doen. De protestantse Geuzen werden weggejaagd en vluchtten naar Engeland waar Rome ook niet meer zo in de belangstelling stond. Na vier jaar daar in de Engelse havens te hebben huisgehouden vond de toenmalige koningin Elisabeth het welletjes en stuurde de Geuzen de havens uit. Al rovend en plunderend gingen ze toen van Texel richting het zuiden totdat ze in Den Briel kwamen. Op dat moment zag prins Willem van Oranje zijn kans schoon en beloofde de Geuzen veel geld als hij weer over zijn bezittingen kon beschikken. De jaarlijkse rente van de bezittingen van Prins Willem van Oranje bedroegen voordat hij werd weggejaagd al fl. 150.000,-. Natuurlijk had Prins Willem van Oranje er veel geld voor over om zijn bezittingen weer terug te krijgen. Dit rumoer ging overigens nagenoeg aan de oostelijke Nederlanden voorbij. Overigens Willem van Oranje, de vader des vaderlands, sprak niet de taal van het volk, hij sprak Frans

Willem van Oranje was Prins van het prinsdom Orange in Frankrijk, In Orange was het onrustig vanwege de godsdienst oorlog die ook in Frankrijk woedde. Willem van Oranje wist dat als hij prins wilde blijven dat je de taal van het volk moest spreken, kwam het volk tegen je in opstand dan kon dat betekenen dat je je biezen moest pakken. Zelfs een aanvankelijk kleine minderheid kon uiteindelijk een fatale meerderheid worden.

Vanuit deze achtergrond bleef Willem van Oranje zich sterk maken voor godsdienstvrijheid. Door zelf niet te kiezen werd het zodoende een probleem niet van hem maar van het volk. Hij zette, als welvarend edelman,  die lijn ook voort in Nederland.

Uiteindelijk heeft de in de Dillenburg zwaar calvinistisch opgevoede Prins Maurits samen met de Geuzen en anderen, al vechtend Nederland doen ontstaan zoals het nu is. Het was daarbij van belang België links te laten liggen en Spaans en te laten. Dat België weer werd gerekatholiseerd was in het geheel onbelangrijk. Belangrijker was dat België een buffer ging vormen tussen de belangen van de katholieke Oranjes en het protestantse Frankrijk.
De Spaanse troepen hielden zich op in de katholieke gebieden. Om de Spaanse invloed te weren ging Prins Maurits tezamen met de geuzen de katholieke Spaanse gebieden, gelegen boven België, protestant maken en de Spaanse troepen verjagen. Prins Willem van Oranje is pas later protestant geworden. Drenthe moest ook protestant worden in plaats van katholiek. Dit gebeurde omstreeks 1600.
In 1648 werd de vrede van Münster ondertekend echter in Lingen ging de Oraniënkrieg tot in 1700 gewoon verder en is de grote kerk daar nog eens twaalf keer van geloof gewisseld.


Het idee van een arme Drent komt voort uit met name een paar donkere perioden. De donkerste was toen Prins Maurits en consorten, de Staatse troepen. een derde van de Drentse bevolking had weggejaagd c.q vermoord.

De Staatse troepen pasten de techniek van de verschroeide aarde toe, waarbij alles wat zij zelf niet konden meenemen in brand werd gestoken. Zij waren erger dan de Spaanse troepen. Drenthe had dan ook geen deel aan de economische bloei waarvan elders in de Republiek sprake was. De initiatieven die sinds 1550 hier en daar genomen waren om de veenontginning op gang te brengen, werden door de oorlog in de kiem gesmoord.

Drenthe is in die tijd zo uitgemergeld dat na de 80-jarige oorlog, bij de vorming van Nederland, niet mee mocht doen met de rest van Nederland. Wel had men in 1580 de Unie van Utrecht ondertekend. Pas door Napoleon kwam daar verandering in en mocht men zitting nemen in de regering. Grote delen van Drenthe, met name het zuiden, waren niet echt Oranjegezind. Is er wat misgegaan in de overgangsperiode, teveel wrevel? Laten we eens gaan kijken wat er bij de Unie van Utrecht 23 januari 1579 ondermeer is afgesproken.

http://www.nationaalarchief.nl/plaatsen/details.asp?actie=zoeken&page=2&pk=44

De Unie van Utrecht is een verbond tussen de vorstendommen Gelre en Zutphen, de graafschappen en landen Holland, Zeeland, Utrecht, de Friese Ommelanden tussen de Eems en Lauwers, waarbij zij afspreken het in Gent gesloten verbond te versterken met een overeenkomst, uitgewerkt in 26 artikelen.

De belangrijkste bepalingen zijn dat de bondgenoten elkaar zullen bijstaan in de verdediging tegen buitenlandse heren en landen en voor de bekostiging daarvan gezamenlijke belastingen zullen heffen. In zaken van oorlog, vrede en belastingen zal unaniem gestemd moeten worden, in andere zaken met meerderheid van stemmen. Ten aanzien van de godsdienst mogen Holland en Zeeland zich gedragen naar eigen goeddunken, de anderen mogen laten het katholicisme ongemoeid en niemand mag vervolgd worden om zijn geloof.

De ongedateerde unie is ondertekend door vertegenwoordigers van Gelre en Zutphen, Holland, Zeeland, Utrecht en de Ommelanden. Vervolgens wordt de Unie bekrachtigd door vertegenwoordigers van de stad Gent, Nijmegen, Arnhem, Friesland, Venlo, Amersfoort, Yperen, Antwerpen, Breda, Brugge en het Land van Strijen, Lier en Drenthe.

Kijk je naar de unie van Utrecht dan wilde ook Drenthe liever geen Spanjaarden meer en ieders geloof (ook al was dat protestant, een groot gedeelte van Nederland -meer dan 90%- was toen nog Katholiek) zou worden gerespecteerd. 20 jaar later in 1600 was alles al anders. Het katholieke Nederland, waaronder de katholieke Drent, moest gedwongen protestant worden. Zie je vervolgens de afloop van de 80-jarige oorlog met daarbij de wetenschap dat Drenthe na de 80-jarige oorlog geen zitting mocht nemen in de Raad van State dan kun je aannemen dat er voldoende redenen geweest zijn dat de Drent zich flink tekort gedaan voelde.
In 1668 besloot een nakomeling van de in 1588 protestant geworden graaf Bentheim, graaf Ernst Wilhelm, weer katholiek te worden, onder druk van de Munsterse bisschop Bernard von Galen ('Bommen Berend'). Dit leidde tot onenigheid met de calvinisten, die met de Overeenkomst van Den Haag in 1701 opgelost werd. Sinds de 17e eeuw is de grootste kerk in de Grafschaft de
Evangelisch-reformierte Kirche, vergelijkbaar met de Nederlandse Hervormde Kerk (nu Protestantse Kerk in Nederland). Deze kerk is onderdeel van de grote protestantse Evangelische Kirche in Deutschland (EKD). Daarnaast is in de 19de eeuw de Evangelisch-altreformierte Kirche in Niedersachsen ontstaan, een afscheidingskerk vergelijkbaar met de Gereformeerde Kerken in Nederland. De altreformierten zijn niet aangesloten bij de EKD en vormen een zogenoemde 'vrije kerk' (Freikirche). De dominees van de “vrije kerk” worden nu nog opgeleid in Kampen en hebben nu nog hun pensioen geregeld via het Nederlandse pensioenfonds: ABP.

 

Achteraf is er telkens weer de vraag: speelde de godsdienst een rol in de oorlog of speelde de oorlog een rol in de godsdienst, wie het weet mag het zeggen. De discussie over de “rol godsdienst 80 jarige oorlog” kan men nog lang blijven voeren.

Gaan we dieper in op de materie van het geloof en het ontstaan van Nederland dan is voor een groot deel het antwoord te vinden in de Geuzen. Zij waren wars van Rome en protestant. Voor de vlucht van Willem van Oranje verleende Willem van Oranje aan de protestantse Abels uit Dokkum het recht op kaapvaart, om de positie van de Spanjaarden op zee te verzwakken. Zij zijn later de watergeuzen gaan heten. Dit was aanvankelijk een onbeduidend bondgenootschap. Achteraf is de toekenning van het recht op kaapvaart aan Jan Abels de redding geweest van de katholieke Willem van Oranje zeker toen de protestantse Geuzen Den Briel innamen. Het was in die dagen heel gebruikelijk een verbond af te sluiten met mensen waar je weinig mee had. Maar kon je een verbond sluiten om er gezamenlijk beter van te worden dan kwam zo’n verbond maar zo tot stand. Evenzo vrolijk werden de gelegensheidsverbonden ook maar zo weer opgezegd. De geuzen verplichten bij elke verovering dat de “bevrijde bevolking” protestant moest worden.En zo kwam het dat een bevolking van ruim 90% katholieken voor een groot deel Protestant werd. Ook de staatsinrichting werd grotendeels protestant.

Jan Abels uit Dokkum is één van de belangrijkste watergeuzen uit de beginjaren van de Opstand. Jan Abels is een uitstekend zeeman en een overtuigd aanhanger van de Opstand. De Opstand was een beweging voor meer rechten op zelfbeschikking en met name tegen de Spanjaarden, de fiscaliteiten en de Spaanse inquisitie.

Jan Abels was geen onbekende van de Nassau’s. Hij zet zich in bij de bevoorrading van de soldaten van Lodewijk van Nassau ( de jongere broer van Willem van Oranje) nadat Van Nassau op 23 april 1568 Groningen binnenvalt en de slag bij Heiligerlee wint. Zo'n 700 soldaten in Delfzijl moeten van voedsel en munitie worden voorzien. Lodewijk van Nassau werd bij de slag om Heiligerlee geholpen door Jan Abels. Jan Abels zorgde voor een deel voor de bevoorrading van de manschappen van Lodewijk. Voor Jan Abels zie: http://members.home.nl/tetrode/Geuzen/Abels.htm

 

De watergeuzen waren ter zee zeker sterker dan de Spanjaarden, maar ter land was het maar hopeloos met het “Nerderlandse leger” in wording gesteld. De Spanjaarden waren oppermachtig op het land. Soms waren bijna alle overwinningen door de watergeuzen weer teniet gedaan Maar de Spanjaarden hadden meer problemen, niet alleen met de Nederlanden maar ook in het Middelandse zeegebied waar ze kostbare oorlogen voerden. Door geldgebrek en verbeterde Nederlandse legers verloren uiteindelijk de Spanjaarden de Nederlanden. Het was met name Prins Maurits die in de jaren 1588-1598 Nederland veroverde op de Spanjaarden. Daarna bleef het ter land en ter zee nog lang onrustig met heroveringen en veroveringen, doch de strijd om het huidige Nederland was ten voordele van het huidige Nederland beslecht.